Zijn de volgende uitspraken herkenbaar?

‘Wat heb ik nou te bieden op de arbeidsmarkt?’
‘Als ik “nee” zeg tegen mijn baas, wordt dat gezien als werkweigering en verlies ik mijn baan.’
‘Ik ben voor de zoveelste keer niet uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek omdat ik te oud ben.
‘Ik ben niet goed genoeg.’
‘Het hele systeem deugt niet. Ze willen gewoon niet dat ik werk vind.’

Veel werkende mensen en werkzoekenden kampen met dit soort negatieve gedachtes.

Deze gedachtepatronen kunnen schadelijk zijn en weerhouden je van het creëren van jouw werkgeluk en vitaliteit in werk, alsook in het vinden van een nieuwe baan. Want als je niet gelooft dat je iets kunt bereiken, zal je ook nooit de benodigde energie steken in het behalen van je doel. Deze gedachtes houden zichzelf dus in stand; het zijn voorspelling die je zelf vervult.

Deze negatieve gedachtes heten belemmerende overtuigingen.

Belemmerende overtuigingen zijn negatieve opvattingen over jezelf en de wereld om je heen, die je ervan weerhouden om datgene te bereiken wat je echt bereiken wilt. Ze zorgen ervoor dat mensen niet afvallen, geen partner kunnen vinden, constant gestrest zijn, niet voor zichzelf opkomen en dus ook dat ze geen nieuwe wegen bewandelen om werk te veroveren. Ze vermommen zich als absolute waarheden wat gevaarlijk is. Voor je gevoel zijn het feiten.

In het verhaal van Roger Bannister is dit goed te illustreren.

In 1860 werd een mijl (1,6 km) gelopen in een recordtijd van 4 minuten en 22 seconden. De ‘four-minute mile’ werd binnen de sport beschouwd als de het ultieme doel. Maar alle experts waren het erover eens dat het menselijk lichaam simpelweg niet in staat was om een mijl binnen deze tijd af te leggen. Decennia lang was deze gedachte de normaalste zaak van de wereld. Het was onmogelijk.

In de 1940 werd de mijl ineens in 4:01 gelopen. Voor het overgrote gedeelte van de mensen was dit een bevestiging dat de experts gelijk hadden en dat het menselijk lichaam het echt niet aankon.

Op 6 mei 1954 deed Roger Bannister ineens het onmogelijke: hij rende 1,6km in 3:59,4.

Wat voorheen gezien werd als onmogelijk, was mogelijk gemaakt. Roger had bewezen dat het kon en de experts zaten ernaast. Deze prestatie veranderde de hele sport.

Wat bleek: het resultaat van de decennia lang ‘algemeen geaccepteerde kennis’ was dat de renners zich hierop hadden ingesteld. Want toen één iemand had aangetoond dat de onmogelijke ‘four-minute mile’ slechts een belemmerende overtuiging was, was de ban gebroken.

Deze gebeurtenis illustreert hoe groot de invloed is van het verhaal dat we onszelf vertellen op ons vermogen om onze doelen te bereiken.

Drie soorten belemmerende overtuigingen

Belemmerende overtuigingen zijn grofweg op te delen in drie categorieën.

  1. Overtuigingen over jezelf
    – ‘Ik moet doorgaan, anders vinden mijn collega’s en mijn baas me een zwakkeling.’
    – ‘Ik ben niet goed genoeg voor deze baan, ik val door de mand.’
    – ‘Ik ben te oud, werkgevers nemen mij toch niet meer aan.’
    – ‘Als ik “nee” zeg tegen deze taak wordt mijn baas boos.”
    – ‘Ik heb gewoon de verkeerde studie gekozen, met deze studie kom ik nooit aan de bak.’
    – ‘Ik ben geen netwerker, dus ik ga niet naar netwerkevents.’
    – ‘Ik heb niet genoeg ervaring om serieus te kunnen meedingen voor de banen die ik écht interessant vind.’
  1. Overtuigingen over anderen
    – ‘Mijn baas keurt het vast af als ik vraag om taken die me meer energie geven.’
    – ‘Recruiters doen het allemaal alleen voor het geld.’
    – ‘Mensen geven niet om mij, ze geven alleen om zichzelf.’
    – ‘Vragen om hulp heeft geen zin, want ik moet het zelf kunnen.’ 
  1. Overtuigingen over de wereld
    – ‘Iedere vacature vraagt om het schaap met de 6 poten.’
    – ‘Je komt alleen maar ergens binnen als je goede connecties hebt.’
    – ‘Het hele systeem deugt niet. Ze willen gewoon niet dat ik werk vind.’
    – ‘Solliciteren is een kwestie van geluk en ik heb nooit geluk.’ 

Kun je je identificeren met een of meerdere van de bovenstaande overtuigingen?

Het achterliggende mechanisme

De mens is gezegend en vervloekt met de ‘mind’. Met de ‘mind’ kunnen we ideeën vormen, creatief zijn, visie ontwikkelen en voorstellingen maken van verlangens. Deze zelfde ‘mind’ slaat helaas ook gebeurtenissen en ervaringen op die minder plezierig waren en heeft het vermogen deze ervaringen te projecteren op situaties die zich in het nu afspelen, of door de mens in de toekomst worden gevormd.

“De media en mijn vrienden hebben me na mijn ontslag gezegd dat je als 50+-er geen baan kunt vinden. Ik ben 50+, en ik heb mijn eerste afwijzing ontvangen. Zie je wel! Ik zal bij mijn volgende sollicitatie ook wel afgewezen worden.”

Er ontstaan gedachten die ervoor zorgen dat je geen acties onderneemt die leiden tot het bereiken van jouw doelen. De prijs: frustratie, onzekerheid, het gevoel vast te zitten, en je energieniveau daalt.

Reality check

Alles heeft te maken met de realiteit van dat moment. Zoals eerder vermeld ontstaan belemmerende overtuigen door een situatie wat zich in het ‘nu’ voordoet.

Om het simpel te maken: als je vanuit het ‘nu’ redeneert dan is de toekomst geen realiteit. Het zijn jouw gedachten die een toekomstbeeld maken die geen realiteit zijn.

Andersom: als je vanuit het ‘nu’ redeneert is het verleden nu ook geen realiteit. De situatie van nu is namelijk de situatie van nu. Het gaat in het nu niet om een situatie die zich in het verleden heeft voorgedaan.

Deze reality check maakt dat je in het ‘nu’ altijd een keuze hebt. En dat brengt me tot het ombuigen van jouw belemmerende overtuigingen. 

  1. Erkennen dat je een belemmerend overtuiging hebt. Zonder het herkennen en erkennen van jouw belemmerend overtuiging kun je er niets aan doen. 
  1. Schrijf jouw gedachten die je op dat moment hebt op en spreek ze hardop uit.
    Door ze op te schrijven gaan ze uit je hoofd en op papier. Door ze hardop uit te spreken hoor je vaak al dat de gedachten die je hebt onrealistisch kunnen zijn. 
  1. Wat is jouw doel en spreek hem hardop uit. Bv. Ik wil een baan. Of ik wil taken doen in mijn werk waar ik energie van krijg. Ik wil voor mezelf opkomen. Vraag jezelf vervolgens af: helpen deze gedachten mij om mijn doel te halen? Als het antwoord ‘nee’ is dan ga je naar de volgende stap. 
  1. Kies een waarde die je ondersteunt om je doel te halen.
    Waarden zijn drijfveren, motivatoren om iets te doen. Door te werken vanuit waarden voel je je vaak zelfverzekerder om bepaalde acties te ondernemen. Waarden kunnen zijn: Kracht (power), Moed, Focus, Zachtheid (zacht zijn voor jezelf), Vreugde. 
  1. Schrijf op wat de situatie in het ‘nu’ is. Omschrijf ze feitelijk, dus wat zie, hoor, ruik, proef en voel (tast) ik. 
  1. Kies een actie die je NU kunt uitvoeren die je dichter tot jouw doel brengt.
    Dit kunnen de kleinste handelingen zijn zoals de computer aanzetten en de eerste alinea van een sollicitatiebrief schrijven. 
  1. Erken dat je goed bezig bent. Schrijf de successen op in HOE je jouw belemmerende overtuiging hebt weten om te buigen.
  1. Schrijf de successen op als blijkt dat je gedachten ongegrond zijn, dus dat de realiteit anders is dan je had gedacht. Mocht dit niet het geval zijn: kijk wat je ANDERS kunt doen om je doel WEL te behalen. Dus corrigeer je acties.

Herhaal stap 1 t/m 8 bij de volgende keer dat je belemmerende overtuiging zich aandient. Je zult zien: het wordt steeds makkelijker. 

Een voorbeeld: 

Je wilt een sollicitatiebrief schrijven voor een vacature die je hebt gezien. Maar je twijfelt of je wel past op de functie omdat ze 3 tot 5 jaar werkervaring vragen. 

  1. Erkennen van de belemmerende overtuiging.
    Ik twijfel, dus ik heb gedachten die me tegenhouden om de brief te gaan schrijven
  2. Opschrijven van je gedachten over de situatie.
    Ik voldoe niet aan alle criteria. Ze zullen me wel te onervaren vinden. Er zijn vast beter gekwalificeerde mensen voor deze functie. Ik kan deze functie niet aan. Dus ze zullen me wel afwijzen.
  3. Wat is mijn doel en helpen deze gedachten me mijn doel te halen?
    Mijn doel is: Ik wil een nieuwe baan hebben.

NEE, DEZE GEDACHTEN HELPEN ME NIET

  1. Kies een waarde.
    De waarde ‘moed’ helpt mij om in actie te komen. Ik wil moed tonen.
  2. Omschrijf de situatie feitelijk zoals die nu is.
    Ik heb de opleidingen voor deze baan. Ik heb 2 jaar werkervaring. Ik heb 4 van de 5 gevraagde skills en 1 skill kan ik ontwikkelen. Ik weet niet wie er nog meer op deze vacature solliciteren. Ik weet niet wat de kwalificaties van de andere deelnemers zijn. Ik weet niet of de 3 tot 5 jaar werkervaring een harde eis is.
  3. Welke actie kan ik nu doen?
    Ik wil de situatie helder krijgen, dus ik ga eerst bellen met het bedrijf om te vragen of 3 tot 5 jaar werkervaring een harde eis is. Ik verzamel mijn moed, pak de telefoon op en bel.
  4. Mijn successen om mijn belemmerende overtuiging om te buigen.
    Ik heb gebeld en heb de vraag gesteld. Het blijkt geen harde eis te zijn maar een pre. Ik had meteen een aantal andere vragen gesteld waardoor ik meer focus heb gekregen op het schrijven van mijn brief. Het bellen bleek achteraf reuze mee te vallen. Het schrijven van de brief ging een stuk makkelijker.
  5. Klopt mijn overtuiging en moet ik een andere actie ondernemen om mijn doel te halen?
    De gedachte dat ik niet pas op de vacature is niet juist. De 3 tot 5 jaar werkervaring was voor het bedrijf een pre, geen harde eis. Ik hoef geen andere actie te ondernemen.

Veel succes! Ik ben benieuwd naar jullie ervaringen.

Mervyn Nankoe

Mervyn Nankoe

Senior Coach